Ik heb her en der op internet e.e.a. gelezen over selectiviteit in geval van een extra groepenkast welke in serie is geplaatst met de 'hoofd'-groepenkast.
Nu hebben wij een oude stoppenkast welke een 3-fase aansluiting heeft vanuit de meterkast. De kabel waarop deze stoppenkast is aangesloten is afgezekerd op 20A (3x 20A op 1 automaat)
In deze stoppenkast zit een krachtgroep (3x 16A afgezekerd) en 6 normale groepen (16A). Het is een oude kast zonder aardlekbeveiliging en opgehangen op een ongunstige plek.
Nu wil ik deze oude stoppenkast graag vervangen door een nieuwe met automaten. Opzich is het geen kunst om een nieuwe kant en klare kast te kopen en deze aan te sluiten. Maar nu heb ik e.e.a. gelezen over selectiviteit. Ik heb de NEN1010 2008 erop nagelopen, maar (zonder deze van a to z door te nemen) kan ik hier niets concreets over vinden. Op internet heb ik gelezen dat de afzekering aan de tappende kant minimaal een factor 1,7 lager moet zijn. Dus voendende aparaat afgezekerd op 20A, dan de tappende kant afzekeren op max 11A (dus 10A).
Wie kan mij hier meer uitleg over geven?
Nu hebben wij een oude stoppenkast welke een 3-fase aansluiting heeft vanuit de meterkast. De kabel waarop deze stoppenkast is aangesloten is afgezekerd op 20A (3x 20A op 1 automaat)
In deze stoppenkast zit een krachtgroep (3x 16A afgezekerd) en 6 normale groepen (16A). Het is een oude kast zonder aardlekbeveiliging en opgehangen op een ongunstige plek.
Nu wil ik deze oude stoppenkast graag vervangen door een nieuwe met automaten. Opzich is het geen kunst om een nieuwe kant en klare kast te kopen en deze aan te sluiten. Maar nu heb ik e.e.a. gelezen over selectiviteit. Ik heb de NEN1010 2008 erop nagelopen, maar (zonder deze van a to z door te nemen) kan ik hier niets concreets over vinden. Op internet heb ik gelezen dat de afzekering aan de tappende kant minimaal een factor 1,7 lager moet zijn. Dus voendende aparaat afgezekerd op 20A, dan de tappende kant afzekeren op max 11A (dus 10A).
Wie kan mij hier meer uitleg over geven?