Ik wil onderhoud uitvoeren aan mijn CV ketel.
Bij stap 8 staat "Neem de koppeling onder het gasblok los". Wat wordt hiermee bedoeld? Moet ik de gasleiding loskoppelen die onder het gasblok zit?
Voor de volledigheid hieronder de onderhouds "instructie" van Intergas.
9. ONDERHOUD
De ketel en de installatie dienen elk jaar door een erkend vakman
gecontroleerd en zo nodig gereinigd te worden.
01. Schakel de ketel uit m.b.v. de aan/uit knop op het
bedieningspaneel.
02. Neem de stekker uit de wandcontactdoos.
03. Sluit de gaskraan.
04. Neem de twee verdiept geplaatste schroeven links en rechts
vooraan onder de ketel los en demonteer het frontpaneel (zie
hoofdstuk 2).
05. Wacht tot de ketel en de brander zijn afgekoeld.
06. Klap de branderautomaat naar voren.
07. Neem de bedrading van het gasblok en de ventilator los.
08. Neem de koppeling onder het gasblok los.
09. Schroef de 10 inbusbouten van het voordeksel los en neem
deze compleet met gasblok en ventilator naar voren toe weg.
Bij demontage van het voordeksel dient deze niet te worden
vastgehouden bij het gasblok en/of ventilator.
Let op dat de brander en de ventilator niet beschadigen tijdens
het demonteren en het neerzetten van de voorplaat.
10. De brander behoeft geen onderhoud.
N.B. De brander nooit reinigen met een borstel of perslucht
omdat hierdoor de metaalvezel beschadigd.
11. Demonteer de stuwstrippen die dwars in de lamellen van de
warmtewisselaar zijn geplaatst.
12. Reinig zo nodig de stuwstrippen en de lamellen van de
warmtewisselaar van boven naar beneden met een borstel of
perslucht.
13. Reinig zo nodig de onderzijde van de warmtewisselaar en de
condensafvoer onder aan de rookgasafvoer achter de
warmtewisselaar.
14. Reinig het sifon en de condensafvoerleiding. Het sifon na het
reinigen met water vullen.
15. Plaats de stuwstrippen in de warmtewisselaar.
16. Controleer de siliconenpakking van het voordeksel op
beschadigingen, (haar)scheuren en/of verkleuringen, zo nodig
nieuwe pakking plaatsen.
17. Plaats het voordeksel op de warmtewisselaar en bevestig deze
met de inbusbouten.
Draai de inbusbouten gelijkmatig kruislinks handvast aan.
Let op, dat de siliconenpakking rondom het voordeksel goed
geplaatst is.
18. Monteer de gaskoppeling onder het gasblok. Controleer de
afdichtring op beschadigingen, zonodig nieuwe plaatsen.
19. Monteer de bedrading op het gasblok en de ventilator.
20. Klap de branderautomaat omhoog tot deze vastklikt op de pen.
21. Open de gaskraan en controleer de gaskoppelingen achter het
gasblok en op de wandconsole op dichtheid.
22. Controleer de C.V. en waterleidingen op dichtheid.
23. Plaats de stekker in de wandcontactdoos en stel de ketel in
bedrijf.
24. Controleer het voordeksel en de verbinding van de ventilator op
het voordeksel op dichtheid.
25 Controleer de branderdruk Pb t.o.v. de luchtdruk PI
(volgens 3.1.3).
26. Monteer de mantel en schroef deze links en rechts onder aan
de ketel vast.
27. Controleer de verwarming en de warmwatervoorziening op zijn
goede werking.
Bij stap 8 staat "Neem de koppeling onder het gasblok los". Wat wordt hiermee bedoeld? Moet ik de gasleiding loskoppelen die onder het gasblok zit?
Voor de volledigheid hieronder de onderhouds "instructie" van Intergas.
9. ONDERHOUD
De ketel en de installatie dienen elk jaar door een erkend vakman
gecontroleerd en zo nodig gereinigd te worden.
01. Schakel de ketel uit m.b.v. de aan/uit knop op het
bedieningspaneel.
02. Neem de stekker uit de wandcontactdoos.
03. Sluit de gaskraan.
04. Neem de twee verdiept geplaatste schroeven links en rechts
vooraan onder de ketel los en demonteer het frontpaneel (zie
hoofdstuk 2).
05. Wacht tot de ketel en de brander zijn afgekoeld.
06. Klap de branderautomaat naar voren.
07. Neem de bedrading van het gasblok en de ventilator los.
08. Neem de koppeling onder het gasblok los.
09. Schroef de 10 inbusbouten van het voordeksel los en neem
deze compleet met gasblok en ventilator naar voren toe weg.
Bij demontage van het voordeksel dient deze niet te worden
vastgehouden bij het gasblok en/of ventilator.
Let op dat de brander en de ventilator niet beschadigen tijdens
het demonteren en het neerzetten van de voorplaat.
10. De brander behoeft geen onderhoud.
N.B. De brander nooit reinigen met een borstel of perslucht
omdat hierdoor de metaalvezel beschadigd.
11. Demonteer de stuwstrippen die dwars in de lamellen van de
warmtewisselaar zijn geplaatst.
12. Reinig zo nodig de stuwstrippen en de lamellen van de
warmtewisselaar van boven naar beneden met een borstel of
perslucht.
13. Reinig zo nodig de onderzijde van de warmtewisselaar en de
condensafvoer onder aan de rookgasafvoer achter de
warmtewisselaar.
14. Reinig het sifon en de condensafvoerleiding. Het sifon na het
reinigen met water vullen.
15. Plaats de stuwstrippen in de warmtewisselaar.
16. Controleer de siliconenpakking van het voordeksel op
beschadigingen, (haar)scheuren en/of verkleuringen, zo nodig
nieuwe pakking plaatsen.
17. Plaats het voordeksel op de warmtewisselaar en bevestig deze
met de inbusbouten.
Draai de inbusbouten gelijkmatig kruislinks handvast aan.
Let op, dat de siliconenpakking rondom het voordeksel goed
geplaatst is.
18. Monteer de gaskoppeling onder het gasblok. Controleer de
afdichtring op beschadigingen, zonodig nieuwe plaatsen.
19. Monteer de bedrading op het gasblok en de ventilator.
20. Klap de branderautomaat omhoog tot deze vastklikt op de pen.
21. Open de gaskraan en controleer de gaskoppelingen achter het
gasblok en op de wandconsole op dichtheid.
22. Controleer de C.V. en waterleidingen op dichtheid.
23. Plaats de stekker in de wandcontactdoos en stel de ketel in
bedrijf.
24. Controleer het voordeksel en de verbinding van de ventilator op
het voordeksel op dichtheid.
25 Controleer de branderdruk Pb t.o.v. de luchtdruk PI
(volgens 3.1.3).
26. Monteer de mantel en schroef deze links en rechts onder aan
de ketel vast.
27. Controleer de verwarming en de warmwatervoorziening op zijn
goede werking.